Het verzet
Je hebt vast wel eens een film gezien of boek gelezen over het verzet tijdens de Tweede Wereldoorlog. Zwartboek, Soldaat van Oranje, Het meisje met het rode haar en het boek ’t Hooge Nest van Roxane van Iperen gaan allen over dit onderwerp.
Tot voor kort zijn het vooral mannen in deze verzetsverhalen. Recent zijn meer dan ooit biografieën gepubliceerd over verzetsvrouwen. Hieruit blijkt dat de vrouwen niet alleen maar koerierswerk hebben gedaan en dat is nieuwe informatie. Het betreft de ervaringen van verzetsvrouwen Marie Anne Tellegen, Frieda Belinfante en Jacoba van Tongeren. In 2020 is Mijn naam is Selma van de Joodse verzetsvrouw Selma van de Perre verschenen.
Rotterdamse verzetsheldinnen
Rotterdamse verzetsvrouwen zijn onder meer Gerarda Alida Ridder-Visser, Kitty van der Have en Joukje Grandia-Smits. Een interview dat op 22 februari 1982 met laatstgenoemde is afgenomen, is te beluisteren op het Stadsarchief Rotterdam. In Barendrecht zijn ook minstens twee vrouwen in het verzet actief geweest, te weten: Jaan Jiskoot en Martha van Huessen-Pikaar. Jaan Jiskoot heeft niet vaak over de oorlog gesproken, wel staat zij vermeld in enkele verslagen over het verzet waardoor zij toch bekend is geworden. In 1990 doet zij voor de laatste keer haar verhaal. Dit gefilmde interview is te vinden op YouTube.
Martha van Huessen-Pikaar is een van de eerste vrouwen die kort na de oorlog haar herinneringen aan het verzetswerk -in eigen beheer- heeft gepubliceerd: Wij en een volk. Belevenissen van een koerierster (z.p., z.j.). Een citaat:
“Als ik onder aan de trap lig, komen er een paar Duitsers op me af en helpen me overeind. Of ik me goed voel en niet teveel pijn heb. “Dat gaat wel”, zeg ik en duw meteen hun handen weg, want als ze iets van de wapens merken…Dan vraagt er één of ik een baby verwacht. Ik knik ja en dan vertelt hij, dat zijn vrouw ook een baby verwacht.” (p. 36)
Hoewel de feiten chronologisch niet helemaal zouden kloppen, wordt dit dagboek gezien als een belangrijk document. Verschillende keren wordt het gebruikt als bronmateriaal, bijvoorbeeld door historicus Loe de Jong in zijn standaardwerk over de Tweede Wereldoorlog.
Onderzoek naar rol verzetsvrouwen
De onderbelichte rol van vrouwen in het verzet wordt tegenwoordig steeds meer onderzocht. Wat hebben ze precies gedaan? Deden ze alleen maar koerierswerk of hebben ze ook meegedaan aan gewapende overvallen? Zijn ze in hun verzetsactiviteiten tegengewerkt door verzetsmannen die dachten het beter te weten? Wat is het precieze aantal van vrouwen in het verzet? Wat is de reden waarom ze na de oorlog niet vaak naar buiten traden met hun verhalen?
Kun jij hierover misschien meer vinden op internet en in het Stadsarchief Rotterdam? Wat vind jij, is de dagelijkse zorg voor een onderduikgezin net zo riskant als het overvallen van een distributiekantoor? Het eerste is in het verleden meermaals toegeschreven aan vrouwen en als minder gevaarlijk beschouwd.
Op de afbeelding het titelblad van het boek dat Martha van Huessen-Pikaar heeft geschreven over haar verzetswerk: Wij en een volk. Belevenissen van een koerierster. Dit exemplaar bestaat uit ruim 80 pagina’s, oorspronkelijk bijeen gehouden door een spiraalbinding, en is in te zien op de studiezaal van het Stadsarchief Rotterdam.