Ook Surinamers en mensen van de Caraïbische eilanden verzetten zich tijdens de Tweede Wereldoorlog tegen de Nazi's in Europa. Toch blijven hun verhalen vaak onderbelicht. Eén van die personen die de strijd opneemt tegen de Duitse bezetter is oogarts Leo Lashley.
Oogarts
Leo wordt in 1903 in Nieuw Nickerie in Suriname geboren. Hij emigreert naar Nederland om medicijnen te studeren. In de vroege jaren ’30 trouwt hij en vestigt hij zich met zijn gezin als oogarts in Rotterdam. Leo krijgt samen met zijn vrouw 3 zoons.
Verzet
Tijdens de Tweede Wereldoorlog is Leo de voorzitter van de ‘Rotterdamsche artsenvereniging’. Vanuit die functie protesteert hij tegen de Nazistische Artsenkamer. De Artsenkamer is op 20 december 1941 opgezet door Seyss-Inquart die graag meer grip wilde krijgen op de Nederlandse gezondheidszorg.
Onderduikers
Maar Leo doet veel meer. Hij helpt mensen aan onderduikadressen. Ook haalt hij 1 keer per week met zijn auto'tje aardappelen uit de Hoekse Waard voor onderduikers. Leo laat al in 1940 een geallieerde piloot bij hem thuis onderduiken. Daarnaast bezoekt de strenggelovige Leo elke zondag de Breepleinkerk. De kerk dient als onderduikadres voor 3 Joodse gezinnen waar Leo met o.a. de kostersfamilie van Jacob de Mars voor zorgt. Zij zitten verstopt achter het orgel bovenin de kerk. Om de onderduikers te helpen is een hele organisatie. Denk maar eens aan hoe er vuile was, schone kleding, toiletrollen en eten voor 3 gezinnen naar binnen en buiten gesmokkeld moet worden. De kans op verraad of ontdekking ligt altijd op de loer.
Bevalling
In 1943 blijkt een van de onderduikers in de kerk, de 18e jarige Rebecca Kool zwanger te zijn van haar man Maurice Kool. Eerst wordt haar huisarts gevraagd voor de bevalling, maar die durft niet. Nadat een andere arts het ook laat afweten neemt oogarts Leo Lashley het op zich om bij de bevalling te helpen. Met gebrek aan enige kennis over bevallingen besluit Leo zich in de avonduren in te lezen op verloskunde. Op 6 januari 1944 leidt hij succesvol de bevalling van Rebecca bij de koster in huis. Baby Emile Kool kan worden opgevangen door het kostersgezin en de 3 joodse gezinnen blijven veilig ondergedoken in de kerk tot het eind van de oorlog. Rebecca en haar man hebben uiteindelijk 34 maanden op een ijskoude (‘s winters) of stikhete zolder (‘s zomers) gezeten. Emile leeft nog steeds.
Vertrek naar Curaçao
Na de oorlog blijft Leo nog kort actief in het Surinaamse verenigingsleven in Rotterdam. Uiteindelijk verlaat hij Nederland boos en teleurgesteld wegens racisme en discriminatie. Uit een geheim rapport van de Binnenlandse Veiligheids Dienst (BVD) komt naar buiten dat hij uit zijn functie binnen het gemeentebestuur is gewerkt om zijn huidskleur. Hij vertrekt met zijn gezin naar Curaçao. In 1980 overlijdt Leo Lashley.
Erkenning
Voor zijn heldendaden tijdens de oorlog is in 2016 de Leo Lashleylaan in Rotterdam naar hem vernoemd. Op de Breepleinkerk verschijnt een plaquette ter ere van hem.