Achtergrond
Abraham Filippo wordt geboren op 6 december 1884 in Leiden. Na een opleiding aan de Maritieme Academie treedt de 19-jarige Abraham in dienst van de Holland-Amerika Lijn (HAL) als cadet. Hij weet zich in twaalf jaar omhoog te werken tot kapitein en voltooit zijn eerste vaart met de Soestdijk I in 1914.
In het verzet
Alhoewel Abraham in de jaren erna een groot deel van zijn leven op zee doorbrengt, speelt hij ook een rol in het verzet tijdens de Tweede Wereldoorlog. In de vroege morgen van 10 mei 1940 liggen drie grote schepen van de HAL afgemeerd aan de Wilhelminakade in Rotterdam-Zuid. Een van deze drie schepen is de 'Veendam' waarvan Abraham Filippo de kapitein is. Hij probeert de 'Veendam' naar zee te krijgen, maar de Duitsers hebben de Nieuwe Waterweg volgegooid met zeemijnen. Ontsnappen is onmogelijk. Abraham komt vast te zitten op het vasteland in Rotterdam. Daar komt hij in aanraking met het Nederlandse verzet en helpt hij met de oprichting van de verzetsorganisatie De Zeemanspot.
De Zeemanspot
De Zeemanspot wordt opgericht om de families van zeemannen financieel te ondersteunen. Na de Nederlandse capitulatie op 14 mei besluiten naar schatting 18.000 Nederlandse varende zeemannen niet meer terug te keren naar Nederland. Terwijl de zeemannen en hun families in eerste instantie gewoon doorbetaald krijgen, wordt in oktober 1941 bepaald dat de rederijen de betaling aan wegblijvende zeemannen moeten stoppen. Hierdoor raken de betrokken families in financiële problemen. Ze ontvangen slechts minimale steun van Maatschappelijk Hulpbetoon. Abraham Filippo reageert direct door De Zeemanspot op te zetten en donaties in te zamelen voor de getroffen zeemansfamilies.
Stress
Gedurende de Tweede Wereldoorlog wordt het steeds moeilijker voor Abraham en de organisatie van De Zeemanspot. Ondanks de toenemende druk zet Abraham zijn werk voort. De stress neemt echter wel toe. Verschillende betrokken personen van De Zeemanspot worden opgepakt en gefusilleerd. In de lente van 1945, met de Nederlandse bevrijding in zicht, raakt Abraham ziek. Het is waarschijnlijk een gevolg van de stress van het gevaarlijke werk dat hij jarenlang uitvoert. Kapitein Moree neemt de touwtjes over.
Officieel erkend
In het Rotterdams Jaarboekje van 1946 staat onder 9 mei 1945 vermeld: "de heer A. Filippo, gezagvoerder der Holland-AmerikaLijn, wordt gehuldigd voor zijn woning in de Berglustlaan voor het goede werk, door hem in de oorlogsjaren verricht voor de achtergebleven zeemansvrouwen."
Het belangrijke werk van kapitein Abraham Filippo wordt na de oorlog officieel erkend. Helaas overlijdt Abraham kort na de bevrijding op 17 september 1945.
Kapitein Abraham Filippo heeft tijdens de oorlog ook nauwe betrekkingen met bankier Walraven van Hall. Over de laatste is een film gemaakt, weet jij de titel van deze verzetsfilm?