De bron
Te zien is de bouw van metrostation Beurs omstreeks januari 1968.
Wederopbouw en verkeersdrukte
Na de Tweede Wereldoorlog begint het Rotterdamse stadsbestuur met een intensieve wederopbouw. Mede dankzij de inzet en ongekende doorzettingsvermogen van de Rotterdamse inwoners worden vele ideeën snel tot uiting gebracht. Rotterdam groeit en verandert in een hoog tempo. Als gevolg wordt het ook steeds drukker in de stad en veel verkeer loopt vast. Met name in het nieuwe centrum zijn de files en opstoppingen ontelbaar.
Een oplossing
De Dienst voor Stadsontwikkeling zoekt naar een oplossing voor het verkeersprobleem. Halverwege de jaren '50 ontstaat het idee voor een tramnetwerk. In 1954 was er eerst het idee om de trams via een eigen tunnel onder de Maas te laten rijden. Financiële problemen zorgen er echter voor dat de ontwikkeling van een Rotterdams tramnetwerk uitblijft. Begin 1959 wordt er echter het voorstel voor een metronetwerk ingediend. Op 14 mei 1959 kiest de Gemeenteraad met een flinke meerderheid vóór de aanleg van een metro voor een bedrag van 134 miljoen gulden (ongeveer 60 miljoen euro). Voor deze oplossing van het verkeerprobleem ontstaat er wel weer een tijdelijk nieuw probleem: Weena, Hofplein, Coolsingel en de Schiedamsedijk veranderen vanaf 1961 jarenlang in een enorme bouwput.
Opening
Op 9 februari 1968 is het eindelijk zover: De officiële opening van Nederland's eerste metro. Prinses Beatrix en prins Claus als eerste passagiers. De eerste rit vindt plaats tussen het Centraal Station en station Zuidplein. De opening wordt groots gevierd met bij het Zuidplein met optredens en een kermis. Ook krijgt elke Rotterdammer een gratis kaartje voor een eerste kennismaking met het nieuwe openbaar vervoer in de stad. De eerste metro rijdt 80 kilometer per uur en is maximaal 116 meter lang. Per metro kunnen maximaal 1160 passagiers worden vervoerd.
De kroon op het werk
Op 9 februari 1968 schrijft krant Het Vrije Volk:
"Rotterdam, de stad die zich volgens staatssecretaris M.J. Keyzer “altijd gravend een weg baant naar een betere toekomst”, heeft officieel zijn metro in gebruik genomen. Buiten kijf één van de grootste momenten uit de naoorlogse geschiedenis van de stad. Na acht jaar praten, zwoegen, heien, scheppen en vloeken eindelijk de kroon op het werk."
Netwerk
Met de opening van de metro is het netwerk nog maar 5,8 kilometer lang en daarmee de kortste metrolijn ter wereld. Vandaag is datzelfde netwerk echter uitgegroeid tot een lijn van 78 kilometer. Slechts 17,7 kilometer hiervan ligt onder de grond dat vooral te vinden is in het centrum wegens ruimtegebrek.
Gezonken tunnelbouw
Vanwege de slappe bodem wordt gekozen voor de techniek van de gezonken tunnelbouw. Op Weena en Coolsingel wordt een kanaal gegraven, waarin betonnen caissons worden afgezonken. Deze caissons zijn gebouwd in een bouwdok aan het nog onbebouwde Weena. Aan de Blaak is er een tweede bouwdok. Een derde bouwdok voor de veel langere tunnelstukken onder de rivier is te vinden op het eiland Brienenoord. De caissons worden met sleepboten naar hun plek vervoerd. Voor de RandstadRail wordt wel een boortunnel aangelegd.