Een poging tot vluchten
Vader Max Vieyra doet een poging met zijn joodse gezin Nederland te ontvluchten, als de oorlog in Nederland uitbreekt.
In 1940 zijn er veel joden in Rotterdam, die de dreiging van de Duitse bezetter voelen. Sommige gezinnen wonen en werken allang in de stad. Anderen zijn uit het oosten op de vlucht voor de Duitsers. Een aantal van hen probeert naar de Verenigde Staten te emigreren. Net zoals de wanhopige vluchtelingen nu, zijn zij bereid om veel geld te betalen.
5000 gulden
Max Vieyra betaalt maar liefst 5000 gulden voor een visum naar Amerika. Het enorme bedrag zou de redding moeten zijn voor het joodse gezin uit Rotterdam. Dit bedrag kan hij betalen omdat hij samen met zijn broer Anthony Julius Vieyra een goedlopend importbedrijf heeft in zuidvruchten, koffie, thee en specerijen.
Opgelicht
Vieyra blijkt te zijn opgelicht door een frauduleus bureautje met voormalige medewerkers van het Amerikaanse consulaat aan de Wijnhaven, dat is gebombardeerd. Het illegale bureau wordt opgerold en het gezin zal nooit naar Amerika gaan. Ook de bekende bioscoopeigenaar Abraham Tuschinsky heeft tevergeefs geprobeerd op deze manier Nederland te ontvluchten.
Verklaring
Als het bureau wordt opgerold door de politie moeten alle betrokkenen een verklaring afleggen met de reden waarom zij hieraan meegewerkt hebben. Bovenstaande bron is een stukje uit de verklaring van Max Vieyra. Hierin geeft hij toe een poging tot emigratie naar de VS te hebben gedaan.
Na de vluchtpoging
Na deze poging duikt de familie onder op 3 verschillende plekken: Moeder Dora en haar zoon Jacob bij elkaar in een boerderij bij IJsselstein, vader bij een bevriende familie in Zwijndrecht en dochter Betty bij een stel ongetrouwde dames in Den Haag.
Alleen vader en dochter overleven de oorlog. Moeder en zoon zijn verraden en komen niet meer terug.
